Particuliere woningverbetering De Marne: faciliteren, ondersteunen en handhaven

Er wordt in het project particuliere woningverbetering langs drie lijnen gewerkt:

– faciliteren. Deze is gericht op een heel diverse groep aan bewoners. De gemeente heeft inmiddels 14 subsidies verstrekt, vooral bedoeld voor het levensloopbestendig maken van woningen. Ouderen zien de gemeente echter nog te weinig aan het loket, men is daarom blij met het initiatief van de SVn voor de zogenaamde blijverslening. Er wordt veel geklust in de dorpen, maar toch zijn er pas twee projecten afgerond. Er gaat veel tijd overheen. Ook past niet ieder initiatief in de voorwaarden, zo is de stimuleringsregeling specifiek gericht op duurzame verbouw;

– ondersteunen: dit betreft met name de aanpak voor de ‘rotte kiezen’. Er was gebrek aan menskracht om de panden en de problematiek in kaart te brengen. De vraag is ook: kan een gemeente handhaven en aanschrijven? Vaak is de situatie nog niet erg genoeg voor de excessenregeling in het kader van het welstandsbeleid. De dorpen blijken vooral bezorgd over grote leegstaande panden, over bewoonde panden maakt men zich minder druk (‘die eigenaar kennen we wel’). De gemeente wil ervoor waken teveel verantwoordelijkheid bij dorpsverenigingen neer te leggen. Als het om bestuurskracht gaat zal die uiteindelijk bij de gemeente vandaan moeten komen;

– handhaven: de gemeente kiest ervoor eerst in gesprek te gaan en pas in het uiterste geval te onteigenen of op te kopen. Het proces is de afgelopen tijd compleet uitgeschreven (in samenwerking met Bureau Weusthuis), het is nu een kwestie van gesprekken aangaan en afspraken maken met eigenaren. Het is elke keer maatwerk: wat voor geval is dit nu en wat past hier het beste bij? Het zou helpen om hier van te voren strategieën voor te ontwikkelen zoals WOG bijvoorbeeld gedaan heeft (inclusief de inzet van Klusteams).